Altijd al een mooi kopje gevonden voor een Luim. Je zult toch maar voor het Sparta Kasteel gefotografeerd worden met een half dozijn Laanens, waar jij als enige van de groep een Sparta kampioenschap hebt meegemaakt! Maar dat niet alleen, je wordt vastgelegd met de jongste zoon (20), oudste zoon (50), de enige twee kleinkinderen, en mijn jongste broer (wiens leeftijd ik niet mocht vermelden).
Nou; is het geen plaatje? V.l.n.r. Rico, Ivar, Rick, Felix, uw notulist en Rob. Voor Rick, een rasechte Feyenoorder, was het een verademing dat de Sparta zanghoek ondanks de 1-0 nederlaag positief bleef zingen. Het kan dus wel! Over Memory Lane gesproken, dat werd onze trip naar Dusseldorf, of eigenlijk de morgen van de trip al. Donderdagmorgen om 10 uur hadden wij een afspraak bij het Amerikaanse consulaat om onze green cards…eh….in te leveren.
Dat is gek hoor wanneer je in een rij staat met allemaal mensen die snakken naar een visum om in Amerika te mogen werken of studeren. Het zou stoer zijn om te zeggen dat je vanwege de verkiezing van Trump afziet van het recht van een permanente verblijfsvergunning voor Amerika, maar dat is te veel van het goede. Die eer gunnen we hem zelfs niet. Het zijn praktische overwegingen (o.a. dubbele belasting) en het gegeven dat we zoon Kaj altijd nog via de ESTA visum procedure kunnen bezoeken, hetgeen Astrid onlangs gedaan heeft. En plotsklaps moet je dan zweren dat je dit vrijwillig doet, niemand je gedwongen heeft, etc. Toch een wat emotioneel moment. Ook al omdat veel mensen indertijd (2004) brieven ter ondersteuning hadden geschreven ter verkrijging van onze green cards. En een van die mensen was Alan Parsons die we hebben leren kennen in…..juist ja, Dusseldorf, waar we hem als artist onder contract hadden. Hij kwam weer op ons pad in Californie, waar we bij Ex’pression College een studio naar hem vernoemde. Alan schreef de volgende brief ter ondersteuning:
Klein beetje trots, mag toch?! Nadat we ons in het hotel geregistreerd hadden, begon de 0,9 kilometer wandeling naar de Konigs Allee waar de Weihnachtsmarkt zijn episch centrum heeft. Zo bekend, zo bekend…de Graf Adolf Strasse, de Stresemannplatz, alsof we er gisteren nog gelopen hadden! Helaas was de 0,9 km van het hotel ietwat aan de magere kant, zodat we aan het eind van de dag, na een gluhweintje hier en een dineetje daar, terug naar het hotel strompelend konstateerden dat we meer dan 11 km afgelegd hadden. Een betere voorbereiding voor een goede nachtrust kan men niet hebben! Na al die herinneringen was het van belang om uit te vinden of het hotel waar ik vele, vele weken heb doorgebracht alvorens wij als gezin naar Dusseldorf verhuisden, nog bestond. En jawel, zo wachtte Astrid me ook indertijd op wanneer ze af en toe gezellig een nachtje bij me doorbracht:
Voordat we huiswaarts keerden nog een belangrijke afspraak in Dusseldorf met de dame die me trouwhartig elke dag een glaasje jus d’orange bracht met twee halve eitjes, onder het uitroepen van “Vitaminchen fuer der Chef!”. Ook was ze af en toe oma voor onze opgroeiende jongens. De hele ochtend was ze al nerveus geweest want ondanks de jaarlijkse uitwisseling van kerstkaarten hadden we elkaar 18 jaar niet gezien! Nou, voorbereid was ze. Een hele map met jeugdfoto’s van de kinderen, alsmede Arcade foto’s, opgeluisterd met hier een daar een artiest, passeerden de revue.
Memory Lane, da’s zeker. Boven de jongens in onze tuin in Dusseldorf en onder wat jongere uitgave van Astrid (viel mee) en mij.
Na anderhalf uur vertrokken we om de files voor te zijn, helaas, Duitsland ging nog wel maar bij Utrecht zat het muurvast. Gelukkig maakten de broodjes kroket bij schoonmoeder Riet het verkeersleed goed. En natuurlijk vergeten we Singh niet. Zoals ik verwachtte gaat het weer over het jaar getild worden aangezien ook de Nationale Ombudsman niet meer reageert. Is dit een grote samenzwering? Zijn de Russen ook hier aan het hacken? Hoe het ook zij, of je nu door de hond (BuZa) of de kat (Ombudsman) gebeten wordt, het doet evenveel pijn. Je zou het bijna opgeven. Not so fast, zeiden we dan tegen elkaar in Californie, die lol gunnen we ze niet. Of een ander gezegde waar we ons, tot slot, aan houden: