Een beginnetje

Die Telegraaf kan maar geen genoeg krijgen van de Mexicaanse griep, eigenlijk H1N1 dus.

En dat terwijl hier in de V.S. er amper nog een woord aan geweid wordt omdat het een variant van de griep is die niet meer schade aanricht dan hetgeen wij kennen.

Dat heeft zelfs de opruizender CNN moeten bekennen.

Melken die story Telegraaf!

Wat een onnozelheid.

Manny Ramirez (hij van de $45 miljoen voor 2 jaar) is gepakt voor het snoepen uit de steroids pot en heeft een schorsing van 50 wedstrijden aan z’n broek gekregen.

Dat de speler beweert dat het voorgeschreven was omdat hij een “auwtje” had, kennen we inmiddels.

Dat zijn coach Joe Torre blijft volhouden dat Manny er ook zeer onder lijdt mag toch wel als ‘crap’ beschouwd worden.

Natuurlijk lijdt hij er onder; om precies te zijn ruim $7 miljoen die hij dit jaar minder verdient!

clip_image001

Daarom heb ik besloten om maar eens een paar pagina’s van mijn boek (enigszins herhaling voor een aantal lieden) publiekelijk te maken, aangevuld met wat beeld (en geluid) materiaal.

Heb een fijn weekend, en mocht het wat traumatisch zijn, bel dan het toll free nummer 1-800-PETER-HELP.

Ojee, laat ik niet vergeten dat Inez Hollander me afgelopen week schreef (ben vereerd) inzake de Nederlandse uitgave van haar boek ‘Silenced Voices’ en ik quote:

Lieve Peter, ik weet niet of het door jouw duwtje kwam of omdat het vrijwel overal leek te regenen gisteren maar door jouw mond-op-mond beademing, uh, reclame, sprong het boek omhoog in Amazon rankings en was het even #12 van alle Azie boeken. In het NLs heet het Verstilde stemmen en verzwegen levens: Een Indische familiegeschiedenis (uitgever: Atlas; ISBN 9789045014401). Van 15 mei t/m 4 juni ben ik in NL.

Wellicht zelfs op TV; volg haar want een Nederlandse schrijfster van formaat a la Hollander (Inez dus, NIET Xaviera) mag niet te vroeg bij De Slegte belanden!

“Uit de Amerikaanse school geklapt” – The Ex’pression Years

San Francisco Bay Area, East Bay Business Times, 15 april 2005:

“Een school opstarten in Amerika was wel het laatste waar Peter Laanen aan dacht op het hoogtepunt van zijn carriere”

clip_image002

clip_image003

A12, Den Haag/Utrecht, vrijdag 20 maart 1998:

Mijn Mercedes 300 hobbelt mee in het trage verkeer, terwijl ik mijmer over de invulling van mijn professionele activiteiten na 30 juni 1998.

30 juni is de datum dat de Arcade Music Company contractueel mijn laatste salaris gaat overboeken en de Laanen familie tevens de prachtige dienstvilla in Dusseldorp vaarwel zal moeten zeggen.

Ook de Mercedes zal dan het veld ruimen.

Was het amper zes maanden geleden dat ik in Spanje, Marbella om precies te zijn, met topman Herman Heinsbroek een weddenschap had afgesloten dat Arcade Duitsland in November 1997 tien miljoen Duitse marken zou omzetten? En dat voor een krat rose champagne?!

De tien miljoen werd gehaald; de champagne is helaas nooit aangekomen.

Herman had het waarschijnlijk te druk met het beheer van de 210 miljoen gulden die hij aan de Wegener/Arcade deal had overgehouden.

Het gesprek dat ik eerder die dag voerde met ex AVRO coryfee Jos Kuijer, betrof een eventuele voortzetting van de TV jeugd voetbal show “It’s a kick” voor PBS, de gwaardeerde publieke omroep “zuil” in de Verenigde Staten.

“It’s a kick”, met held Ultifox, werd door PBS in tientallen staten uitgezonden, met een behoorlijke success score.

clip_image004

Echter, dat zou toch weer behoorlijke investeringen vergen.

De overweging om Amerikaanse artiesten over te halen, middels mijn via Arcade opgedane relaties, klinkt aantrekkelijker.

Het Belgische Lommel, waar onze vrienden Jan en Marja Abbing reeds vele jaren hun domicilie hebben, zal dan als basis dienen voor toekomstige activiteiten.

Jan treedt suksesvol op onder de naam JJ Johns, voor het merendeel in het country muziek vriendelijke Belgie.

clip_image005

Marja doet de boekingen en de administratie, terwijl hun inkomen wordt aangevuld middels Jan’s commerciele tekenvaardigheden en Marja’s markthandel in kledingstoffen.

In 1990 hebben we elkaar leren kennen gedurende mijn management aktiviteiten voor de toen razend populaire band Lois Lane, waar Marja de boekingen voor verwerkte.

Bij verkeersknooppunt Oude Rijn haalt mijn ‘Handy’ (ook verleden tijd na 30 juni) me uit mijn gepeins; Eckart Wintzen wenst me te spreken.

Eckart, volgens eigen zeggen een zakenman die er als een hippie uitziet, maar ook het groene geweten van Nederland en apostel van de breedband.

Of ik zo goed zou willen zijn even bij hem thuis langs te komen om een business plan op te halen voor de San Francisco Bay Area.

Eerder dit jaar had Eckart zich daar reeds over uitgelaten, maar het mag toch een klein wonder heten dat hij mij zo dicht bij zijn woonplaats Driebergen te pakken krijgt.

“Ik had ook in Zimbabwe kunnen zijn,” mompel ik.

“Wat?” klinkt het ongedurig aan de andere kant van de lijn.

“Nou, het toeval wil dat ik in de buurt ben, dus laat ik gelijk maar even van de gelegenheid gebruik maken,” herstel ik me soepel.

“Mooi, dan zie ik je zo,” bast Eckart.

“Stau, stau, stau,” neurie ik dommig op de wijs van een oude favoriet,

YouTube – Shirley and CompanyShame Shame Shame 1975

wetend dat met deze omweg het file leed naar Dusseldorp niet te overzien is.

De andere kant van de medaille is uiteraard de potentie die aan deze uitnodiging kleeft; een zakelijke uitdaging in mijn droomstad San Francisco.

Tijdens het parkereren op het grind bij de prachtige boerderij villa van Eckart, komen kippen en ander kleinvee me al tegemoet.

Eckart zelf staat grijnzend al op me te wachten met een Hertog Jan biertje in zijn hand.

Zijn spijkergoed outfit en slanke postuur maken hem optisch jonger dan de 58 jaar die hij telt.

clip_image006

Eckart’s getaande gezicht straalt een zekere voldaanheid uit bij de aanreiking van het business plan van de ‘California Venture’.

Op de voorpagina staat hij heup aan heup afgebeeld met een gezette Amerikaanse veertiger, voorzien van een trendy paardenstaart.

“Connected to the hip,” glimlacht hij.

“Ik ontmoette deze man, Gary Platt, begin 1997 in het Californische Santa Barbara, waar men een groep geinteresseerden aangetrokken had met het doel een klooster aan te kopen voor educatieve doeleinden,” steekt hij van wal.

“Ik had al snel in de gaten dat de educatie een lokkertje was om het onroerend goed voor een vermogen te verkopen. Die Gary stelde wat deskundige vragen die mijn aandacht trokken.”

Kwajongensachtig voegt hij er aan toe dat hij hem in de rij voor het buffet een schop voor z’n kont gaf, en vervolgens een verschrikte Gary voorstelde elders de maaltijd te gebruiken.

Eckart bladert door het plan en stopt bij het programma curriculum.

Na een gretige slok vervolgt hij, “de bedoeling is om studenten te werven die in geluid willen gaan of animatie, om ze vervolgens te onderwerpen aan wat wij noemen een leeromgeving van ‘total immersion’, oftewel een omgeving waarin alles dag en nacht ter beschikking is. Niet alleen de apparatuur maar ook de studenten.”

Ik kijk hem vragend aan, doch zonder mij een blik waardig te keuren raast hij door en ik vang alleen nog flarden op als; “alleen voor de die-hards…. de kinderen die niet deugen voor de reguliere colleges….. typisch kids met piercings, tatoeages etc.”

“Ho, ho,” stop ik hem, “hoe lang ben je hier al mee bezig?”

“Wel,” zegt Eckart aarzelend, “een goed jaar, wellicht wat meer.”

“Okay, dan lijkt het me redelijk dat ik een aantal dagen besteed om het business plan terdege te bestuderen.”

Eckart ontsluit een nieuwe Hertog Jan en vraagt me hoe mijn maandag er uitziet.

“Ik ben onder andere in Rotterdam om mijn ernstig zieke moeder te bezoeken, maarre, vanwaar de vraag?”

“Weet je,” klinkt het aarzelend “onze Amerikaanse delegatie komt van het weekend aan en we hebben de maandag en een deel van de dinsdag uitgetrokken om spijkers met koppen te slaan.”

Na enig denkwerk kom ik tot de volgende oplossing, “om tien uur begin ik met een aandeelhoudersvergadering van de Lois Lane groep, ik kan rond half twaalf bij jou zijn. Maar, vanwege mijn moeder wil ik uiterlijk drie uur ‘s middags de bijeenkomst verlaten.”

Eckart staat op ten teken dat de bijeenkomst afgesloten is en knikt instemmend.

“Hoe zit je in de tijd de komende maanden?” vraagt hij abrupt.

“Zoals ik je reeds vertelde zijn er nogal wat gaten gevallen in mijn agenda na de Wegener/Arcade perikelen; dus plenty vooralsnog.”

“Cool,” komt het tevreden antwoord “het kan zijn dat ik je voor enige tijd in wil huren als we besluiten om hiermee de volgende fase in te gaan.”

Mijn responsetijd beslaat minder dan een nano seconde; “Is goed, laten we daar na maandag een beslissing over nemen.”

Tevreden draai ik de smalle slingerweg op die tussen boerderijen en weilanden naar de A12 leidt.

In zoverre ik dat nu kan beoordelen, kan dit een uitermate interessant en spannend projekt worden.

Voor wat betreft het file leed word ik niet teleurgesteld, het neemt ongeveer drie uur in beslag alvorens ik de afslag ‘Dusseldorf-Hubbelrath’ bereik.

Hubbelrath is een kleine deelgemeente van Dusseldorp en mag best als sjiek beoordeeld worden.

Wat dat betreft was Arcade niet lullig en ik maak een mentale notitie om mijn direkte baas, Andre de Raaff, hieromtrent nog een kompliment te sturen zodra het stof enigszins is gaan liggen.

Andre, inmiddels onder curatele gesteld, schaarde ik toch wel onder de ‘good guys’.