Herfstmelancholie

Nadat overbuurman Peter Kamp en ik alle shows van onze nieuwe helden Daniel Arends en Patrick Laureij bekeken hadden, besloten we om tijdens onze tweewekelijkse ‘comedy night’ terug te grijpen op een ouwe: Toon Hermans. Peter K. had, mogelijk voorbarig, een dvd box gekocht die maar liefst 40 jaar van Toons werk bevat. We begonnen bij ‘Tien jaar Toon’ uit 1967. Zwart Wit. Een rilling van herkenning beroerde me. Tijdens de show kon ik het niet nalaten bij tijd en wijle wat vooruit te lopen op de tekst, hetgeen bij Peter K. een frons van ‘dat je dat nog weet’ teweeg bracht. Maar ja, hij was toen pas twee, en ik al een man! Genoten van Toons veelal tijdloze humor; “de duif is dood…..”, en de kwaliteit van de opnamen. Die box gaan we volledig tot ons nemen. Zo’n zelfde melancholieke terugblik overvalt me nu onze ‘Benjamin’ a.s. maandag 25 wordt. Allerheiligen, de dag na Halloween. 20 jaar geleden haalde Ivar de voorpagina van de Contra Costa Times toen in het jaar van ‘nine eleven’ uniformen van brandweer- en politiepersoneel de grote hits waren.

Onze jongens waren twee jaar eerder, hun eerste volle jaar in Californië, pas met het fenomeen ‘Halloween’ in aanraking gekomen. En moesten er duidelijk zichtbaar nog aan wennen:

V.l.n.r.: Bo-Peter, Ivar en Kaj

In de loop der jaren heeft Astrid tonnen aan snoepgoed aangekocht om uit te delen. Vanuit sommige wijken kwamen mensen met hun kinderen in een busje over omdat er in onze buurt zo genereus aan de deur na ‘trick or treat’ gegeven werd. Ook zorgde Astrid ervoor dat ons huis ‘Halloween’ uitstraalde:

Ook duidelijk dat de temperatuur eind oktober nog Californisch aangenaam was! Ivar dus 25, geboren in Düsseldorf op een Duitse vrije dag: ‘Allerheiligen’. Toen ik hem en Astrid uit het ziekenhuis ophaalde, zong Louis Armstrong in de auto ‘What a wonderful world’, iets dat je nooit meer vergeet. Men hield mij voor een oude vader, en qua jaren klopte dat wel. Maar ja, mijn vader stierf op z’n 46e toen ik 12 was. Even snel gerekend heb ik inmiddels 13 bonusjaren met Ivar, en hij hopelijk ook met mij. Hij feliciteerde me eens in z’n jongere jaren door te benoemen wat ik o.a. voor hem betekende: coach, chauffeur en geldautomaat (ATM in de V.S.). Dat laatste heeft hij zelf helemaal ingevuld. Klasse! Komt goed met dat joch. De tijd vliegt en de trouwe lezers van ‘Uit de Amerikaanse school geklapt’ zijn nu ondergedompeld in 2004, het jaar dat explosief eindigt. Voor mij is het ‘bitter/sweet’ omdat mooie en lelijke zaken elkaar in hoog tempo aflossen. 17 jaar geleden en nog steeds ongelooflijk helder op mijn netvlies. Moet ik zeggen dat de vele documentatie het ondersteunt en dat ik het qua emotie niet onmiddellijk na mijn vertrek had kunnen schrijven. Het is wel zo dat de vele bemoedigende reacties die ik vanuit alle windstreken krijg (mede dankzij Google translate) me een melancholiek hart onder de riem steekt. Ik hoop nog jaren alles met jullie te kunnen delen, en bederf dat niet door onderdeel uit te maken van het stijgende aantal besmettingen. Jullie zijn gewaarschuwd (with love).

Komt een advocaat bij de schrijver

Het moest er een keer van komen, nadat bij tijd en wijle zoveel advocaten interesse toonden in “Uit de Amerikaanse school geklapt’, de Ex’pression years. Onderstaande, vriendelijk ogende advocaat stuurde me een ’dreigbrief’ met veel cijfers en dito onwaarheden. Maar ja, dat gaat nu eenmaal zo wanneer je cliënte (of zij die erachter opereren) halve waarheden vertelt.

Lotte van Schuylenburch van Boekx advocaten @ LinkedIn

Het pareren lijkt me niet al te gecompliceerd. Een vriend merkte op dat het goede publiciteit kon zijn. Hoe het ook zij, aflevering 132, die a.s. woensdag uitkomt, zal dienaangaande jullie raadsel oplossen. Stel dat iemand plotsklaps een andere naam krijgt?! Niet te lang bij stil blijven staan, of zoals mijn schoonmoeder pleegt te zeggen; ‘niet zeuren’. Niet de ‘R’ maar de ‘P’ is in de maand. Hoewel m’n Amerikaanse topvriend (Hollander eigenlijk) Fred van Buiten geestig opmerkte dat in de huidige maand ‘ober’ zit. Terug naar de ‘P’: uitnodiging voor een griepprik, een coronaprik (de derde) en in de pen een pneumokokkenprik. Ik ben meteen spontaan ‘Meester Prikkebeen’ gaan zingen. Onlangs hebben ze nogal wat bloed afgenomen (wees gerust, allemaal goed), maar inmiddels voel ik me een soort speldenkussen. In m’n achterhoofd hoor ik ‘niet zeuren’, dus door naar dat andere Amsterdamse wonder (buiten Boekx advocaten): Ajax. Wat heb ik als Rotterdammer (!) genoten van een wereldpot voetbal. In jaren niet gezien. Hier hou ik het bij. Waar Astrid en ik ook ongelooflijke voorpret van hebben is het gegeven dat we kerst en oud en nieuw bij zonen Bo-Peter en Kaj in Californië gaan vieren. Vandaar nog even onderstaande heerlijke herinnering van Mexico:

V.l.n.r.: Kaj (nog aan het feesten), oma (verbaasd; ‘is dat mijn glas?’), Ivar, Bo-Peter en Astrid

Eindelijk weer eens met die twee, plus Tiphanie en Michelle, de feestdagen in huiselijke kring. Wat een vooruitzicht! Ja, ja, ook onze jongste is ‘in the picture’. Ivar trekt samen met Arielle en viervoeter Tinkerbell in bij ons om de watervilla en Tinley van leven te voorzien. Zo sluit de puzzel als een pot, tenzij…… Tenzij de Amerikaanse regering wederom de grenzen sluit. Niet zeuren, gaat niet gebeuren, ‘mark my words’. Is trouwens een mooie afsluiter voor de cliënte van Lotte van Schuylenburch: ‘niet zeuren, je liet het allemaal gebeuren’. Heel prettig weekend, en let op de stijgende lijn in het aantal besmettingen, oftewel, blijf op je hoede en volg nog steeds de richtlijnen. ‘Better safe than sorry’, dat is mijn motto.

Op weg naar Waardenberg en De Jong

Behendig draait overbuurman Peter Kamp zijn Porsche de Maasboulevard op. Achter me schuift Astrid naar het raam, ze weet wat er volgen gaat. Ik schraap m’n keel; “wat een prachtige skyline heeft dit Rotterdam toch”, komt bewonderend uit m’n mond. Astrid heeft dit in de 90-er jaren vele malen gehoord wanneer we onderweg waren naar mijn ouders, die aan de Wijnkade woonden. “En toen was het nog niet half zo mooi”, voeg ik eraan toe, hetgeen door Peter en Jolanda beaamd wordt, ook zij hebben een Rotterdams verleden. Vandaag (dinsdag) zijn we op weg naar de theater voorstelling van Waardenberg en De Jong in het Nieuw Luxor theater, net gelegen tegenover de Erasmusbrug. Volgens de affiche heeft het legendarische theaterduo een retrospectief gemaakt van de zes theatershows die ze maakten in de periode 1987-1999. Nou, ik ben benieuwd, daar zat heel wat goors bij. Na op loopafstand geparkeerd te hebben, betraden we na controle van onze QR codes en legitimatiebewijs dit prachtige theater. Vele trappen later, m’n knieën protesteerden hevig, kwamen we pardoes bij vak K aan, waar op de eerste rij gezeten het uitzicht onbelemmerd was. Een wervelende show volgde, waarbij uiteindelijk het goorste act niet ontbrak: de rochelpartij.

Archieffoto

Na elkaar met diep neus ophalen (prima geluid) diverse malen volgens de slapstick methode van Laurel en Hardy bespuugd te hebben, eindigde het (natuurlijk) met doorslikken. Volgens Peter zat er achter hem een man die volop meedeed. Waarschijnlijk op dezelfde manier als mensen meezingen, denk ik. Het duo scheerde langs de rafelige kanten van BLM en #MeToo en spaarde niets en niemand. Tot m’n schande moet ik bekennen dat ik soms ongegeneerd, tranen in de ogen, gelachen heb. Zal nog wel het oerinstinct van de decennia van de vorige eeuw zijn. Nou ja, zolang je nog zin van onzin kunt onderscheiden, niets aan de hand. Waar ik me over verbaasde was wat die mid 60-ers nog voor toeren uithaalden op die respectabele leeftijd. Chapeau! Slim ook van Luxor om de ‘after’ drankjes in de prijs te verdisconteren, zo reguleer je de stroom mensen van een uitverkocht huis. Al met al een bijzondere avond in de stad van mijn geboorte. Kwam trouwens goed uit in een week waarin wespen ons huishouden beheersten. Nadat de verdelging van twee nesten onder het dak een feit was, kregen we tot gisteren aan toe bezoek van honderden zwaar onder de invloed zijnde wespen, die ergens een ingang gevonden hadden. Ze waren echter dermate verdwaasd dat ze qua energie klaarblijkelijk niet meer konden steken, hetgeen het vangen eenvoudig maakte. En de ruiten en luxaflex smerig. Deze ging echter in de aanval!

Broer Rob, de schat, op bezoek, ving wespen om ze buiten vrij te laten, hetgeen nou net niet de bedoeling was. Een echte dierenvriend, dat wel. Alles is weer zo’n beetje bij het oude na onze enerverende weken in Mexico, op genoegdoening bij het ressort na. Komt goed. En, om naar vooruit te kijken, a.s. woensdag aflevering 131 van ‘Uit de Amerikaanse school geklapt’. Aangezien meer en meer advocaten ernaar kijken, moet het spannend zijn (of geld opleveren).

Vanmorgen was ik even Frenkie de Jong

Met excuses voor het late verschijnen van deze Luim, deel ik jullie graag mede hoe dit zo gekomen is. ‘Geïnspireerd’ door de prestatie gisteren van het Nederlandse elftal tegen Bal Op Dak, eh…..Letland, droomde ik vanmorgen dat ik Frenkie de Jong was. En dat nam uren in beslag. Hoe heerlijk was het om lekker balletjes op te pikken, een meter of wat ermee te lopen en dan vervolgens risicoloos naar een medespeler te passen. Af en toe een frivool pirouetje tussendoor, het oog wil ook wat, maar nimmer een splijtende pass (risico!) of een doelpoging. En daar betalen ze me miljoenen voor! Louis ziet het nog steeds in me zitten, en Koetje ook, hoewel ze wel behoorlijk morren in Barcelona. Dat was het moment dat ik wakker schrok en dacht aan de woorden die kenner buurvrouw Mariska sprak; “die Frenkie, dat is een circusvoetballer, zet nooit eens een bal voor maar kan hem waarschijnlijk wel lekker hoog houden”. Met grote vrees zie ik de wedstrijd van maandag tegemoet, Gibraltar komt optimaal gemotiveerd naar de Kuip. Volgens betrouwbare bronnen gaat Louis ervan uit dat Nederland zich massaal ingraaft en hoopt op een sporadische uitval, geleid door Frenkie, die ook nog eens de bevrijdende 1-0 scoort. Niemand begreep het liedje dat Louis neuriede; ‘They’re coming to take me away, Ha-Haaa!’, een song van Napoleon XIV. De tekst moet Louis zeer geraakt hebben.

Neem dan donderdagavond toen de Dutch Game Awards werden uitgereikt aan diverse kleine en grote game companies. Niet alleen werd een traditie door de Dutch Games Association in ere hersteld, maar tevens was het een reünie van de bovenste plank. Mensen die elkaar een jaar of meer niet getroffen hadden, gingen dolenthousiast met elkaar in conclaaf. Het uitreiken van de awards (uiltjes) was een feest op zich, met razend enthousiaste winnaars. De entourage bij ‘Beeld en Geluid’ in Hilversum was uitmuntend, maar nog imposanter was de boodschap van diens algemeen directeur Eppo van Nispen tot Sevenaer.

Eppo van Nispen tot Sevenaer tussen onze sterpresentators

Geestig meldde hij met veel fanfare dat de winnaars van 2021 en volgende jaren in het archief van ‘Beeld en Geluid’ zouden worden opgenomen. In één galerij met Pipo de Clown, Mies Bouwman en al die andere giganten die in dat museum geëerd worden. De game industrie heeft weer een nieuw stadium bereikt in haar zucht naar erkenning. En heel eerlijk, ik ben trots als boardmember van Dutch Game Garden (DGG) daar een onderdeeltje van te zijn. Als geen ander weet ik hoe hard het management van DGG jaar in, jaar uit werkt aan volwassen worden van de bedrijfstak en incubatie van jonge bedrijven. Dromen worden daar gerealiseerd! Geen droom, maar harde werkelijkheid, is dat het R getal weer boven 1 is! Dus, blijf op je hoede en daarmee gezond. Ik verheug me al op maandagavond; de kraker tegen Gibraltar.

Horror’ nacht bij Royal Solaris Los Cabos

‘Dinsdag 21 september 2021 rond 22.00 plaatselijke tijd in de ‘socios’ bar van Royal Solaris. De sfeer is feestelijk geanimeerd. Vergeten zijn de ergernissen van de eerste dagen zoals niet werkende liften (speciaal een kamer aangevraagd dienaangaande), margarine in plaats van boter, en messen en vorken die voor alle gangen gebruikt dienen te worden. Familieleden en vrienden, zelfs trouwe bar ‘vrienden’, zijn in blijde afwachting waarvoor we gekomen zijn; het huwelijk van Kaj Laanen en Michelle Muth. Rond 23.15 besluiten Astrid en ik om de gang naar onze kamer te aanvaarden, nemen de trap naar de derde verdieping, om op het balkon aan de oceaanzijde nog wat na te praten. De avond is zwoel en Astrid besluit een half uur later voor het naar bed gaan even onder de douche te gaan staan ter opfrissing. Even voor het middernachtelijk uur schop ik m’n teenslippers uit en stap onze kamer binnen. Ik heb nog geen voet binnen of er klinkt een soort van explosie en ik hoor Astrid “oh my god” schreeuwen. Haastig begeef ik me naar de douche waar ik Astrid in de hoek aantref met bloederige wondjes. “Blijf staan”, is het enige dat ik uit kan brengen. Met de handdoek die ze klaar had liggen om zich af te drogen maak ik voorzichtig een soort van looppadje, waarna ik haar een gele strandhanddoek aanreik ter omwikkeling. In alle voorzichtigheid stapt ze uit de douche.

Ze trekt een badjas aan en stapt in haar slippers terwijl ik gehaast de receptie bel ter ondersteuning. Enerzijds moet Astrid medisch geholpen worden, anderzijds kunnen we hier niet blijven slapen. Terwijl de tijd verstrijkt maak ik wat foto’s van de ‘crime scene’ voor eventuele verzekeringsdoeleinden.

Al doende bedenk ik me hoeveel slechter dit had af kunnen lopen. Ik moet ervan rillen. Astrid is het wachten beu en belt nogmaals de centrale. Niet veel later rollen vier mannen naar binnen, medics en security. Ze nemen het serieus, kijken naar de douche en kijken vervolgens naar mij. Het gegeven dat er geen spatje bloed op m’n hagelwitte broek zit, stelt hen klaarblijkelijk gerust. Astrid wordt zorgvuldig gereinigd en bepleisterd.

Ongeduldig als Astrid kan zijn, vraagt ze hen enigszins haast te maken omdat ze omvalt van de slaap. Conform de gelijknamige film gaat het ‘lost in translation’. Rond kwart voor twee worden we van kamer 390 naar kamer 612 getransporteerd. Uiteindelijk vallen we tegen half drie uitgeput in slaap. Niet veel later gaat de wekker omdat ik er bij Astrid op heb aangedrongen om de geplande excursie naar La Paz met tante Wilma door te laten gaan. Ze moet er even uit, dan kan ik, onhandig als ik ben, de verhuizing naar de toegezegde suite regelen. Zo gezegd zo gedaan en het enige plezier wat ik die dag had tijdens het inpakken was de drankjesman te verrassen die aan de deur klopte. Ik opende de deur en liet hem stilzwijgend de onaangeroerde douche scene zien. De man trok wit weg, greep naar z’n telefoon en durfde nog net niet m’n weg te versperren. Eigenlijk wel een beetje morbide. Nu we weer veilig thuis zijn kunnen we constateren dat het geplande huwelijk van Kaj en Michelle in ieder geval een mega succes is geworden. Astrid plukt nog steeds micro stukjes glas uit haar lichaam, maar vervelender is het mini trauma dat opdoemt bij het openen van glazen deuren. Royal Solaris heeft bij monde van manager Emmanuel Cabrera een belachelijk aanbod gedaan ter compensatie. Mijn aanbod om het aimabel op te lossen wordt door het hoofdkwartier in Houston, Texas klaarblijkelijk als een zwaktebod gezien. Mijn antwoord; “Houston, you’ve got a problem”. Wordt vervolgd.