Het heengaan van Wim de Bie werpt me 52 jaar terug.

De radio mededeling dat Wim de Bie overleden was, schokte me dinsdag meer dan ik had kunnen bevroeden. Zo’n gevoel dat je favoriete oom is heengegaan. Samen met partner Kees van Kooten werden ze een begrip voor ons in de 70-er jaren. Zodanig dat Café de Sport een plek werd waar je hoopte dat ze wel eens op zouden kunnen duiken. Dus, zoals ik beschreef in 2021, ook een plek voor moeilijke gesprekken: 24 juli 2021, na het produceren van mijn Luim, begaf ik me op weg naar Den Haag ter viering van de 70e verjaardag van Peter Wijsman, de man die ik 47 jaar geleden ging mededelen dat ik zijn nieuwe baas zou worden. Voor deze moeilijke mededeling aan deze zeer getalenteerde doch rebelse collega, had ik Café de Sport, gelegen aan de Kazernestraat uitgekozen. Bekend van:

Juist, de plek waar Van Kooten en de Bie aan het biljart als de Klisjeemannetjes, en echte Hagenezen, hun triomftocht begonnen: “als ik met die winteâhrpein van me op ut moment supriem voâh ut open raam zou gaan staan, en ik zou richtuh, nâh, dan spuìt ik un volwasse vent zo van ze brommeâhr”. Fraaie volzin uit één van de vele biljartsessies (1977). Afijn, onderweg naar de Denneweg, slagader van buurtschap 2005, rekenden we uit dat we op die gedenkwaardige dag bij Café de Sport gezamenlijk 51 jaar waren. Stilte. Nu dus 145 jaar. Om met de Tegenpartij te spreken; “mogen wij even overgeven”. Fijn parkeerplekje aan de gracht gevonden, en omdat Café de Sport helaas niet meer in bedrijf is (stiekem toch nog even gecontroleerd) een plekkie aan de bar gevonden bij Café 2005’. Maar wat wil nu het geval, ik had de Klisjeemannetjes wel eens op TV gezien, maar hun namen kende ik niet. 1971 werd het jaar dat ik Kees van Kooten en Wim de Bie als individuen leerde kennen op een commercieel 45-toerenplaatje. En omdat ik nogal bewaarderig ben, volgens vrouw Laanen, maar weer eens gedraaid.

De tand des tijds best redelijk doorstaan. De reden voor opname van dit juweeltje was de introductie door Carp en Co (wijnkopers), mijn toenmalige werkgever, van een blocpak, met name voor sherry. De tekst luidde dan ook ‘Carp heeft weer iets bijzonders onder de kurk’. Een smaakpanel met Kees van Kooten als een Haagse loodgieter en Wim de Bie als aristocraat (voorloper Walter de Rochebrune?) beoordeelde de sherry die uit het blocpak geschonken werd. De een had het over het oude tuinhuis in Jerez de la Frontera, de ander over het gegeven dat het blocpak lekker meegenomen kon worden onder de snelbinders van z’n brommah. ‘AmontillADA? Nee, nee, AmontillADO, zeker weten, ik kom uit Den Haag’. Vanaf dat moment zijn die twee niet meer uit m’n leven geweest en ik werd er bijna emotioneel van. Maar waarom was ik bij de introductie, vraagt u zich verbaasd af. Welnu, ik was een zeer gewaardeerd jeugdig personeelslid, maar bovenal programmeur. Zeldzaam in die tijd, vooral als GESAL de programmeertaal was die beheerst werd. Certificaat op aanvraag. Wanneer de directeur smeekte om een statistiek programma, en ik dat uit 24K perste, ging er als het ware een applaus op. Van die dingen (hoor je onze Haagse helden weer?). Genoeg gebrald, over tot de orde van de dag. Een krent uit deze superdrukke week, althans voor een semi pensionado. Woensdag: ambassadeursdag in Den Haag voor bedrijven. Uit de hele wereld vliegen ambassadeurs en consuls generaal binnen voor hun jaarlijkse update, en die dag kan het bedrijfsleven gebruik maken van hun diensten. Zelf vertegenwoordigde ik Dutch Game Garden, het superieure vehikel voor startende game companies. Buiten het nuttige was er ook het aangename; collega’s te omhelzen met wie ik samen gewerkt heb in San Francisco en nu elders in de wereld werkzaam zijn:

Links Ard van der Vorst, nu ambassadeur in Nieuw Zeeland, rechts Jaap Veerman, nu consul generaal in Atlanta, Georgia. Deugd in het midden.

Anekdotes, anekdotes, tijd om over te stappen naar de rubriek ’25 jaar geleden’: (1998; Gary wacht me op in Orlando, Florida):

Lokale tijd 16.25, dead on time, land ik in Orlando, Florida. Let the games begin!

Winter Park, Florida

Gary, gehuld in een bont Hawaii-shirt en korte kakibroek, staat me buiten al in z’n kanariegele VW kever op te wachten, en ontvangt me met een smeuïge omhelzing. Daar moet ik echt nog even aan wennen. Allereerst brengt hij me naar een koloniaal uitziend hotel, waarna we zijn huis, een eenvoudige bungalowachtige houten woning, aandoen. Daar word ik ontvangen door zijn vrouw Debbie, die in vergelijk met Gary aandoet als een schuchtere, beetje grijze muis. Zijn twee jongens, Preston en Alex, van zes en vijf hangen nieuwsgierig om deze Europeaan heen. 19.30 heeft Gary een tafeltje besteld in een voor mij typisch Amerikaans restaurant, oftewel veel TV’s met vooral veel sportprogramma’s. Debbie is wat spraakzamer, maar wordt veelal overstemd door Gary. Alle aspecten van ons privé leven worden besproken en uiteraard ook hoe Gary Eckart leerde kennen. Precies zoals Eckart het me beschreven had. Maar Gary wordt met name gepassioneerd en emotioneel wanneer hij vertelt hoe hij als medeoprichter van Full Sail er op smerige wijze uitgewerkt is, vlak voor kerstmis 1996. We nemen afscheid met de gebruikelijk Gary hug; ik ga eraan wennen!

Debbie en Gary Platt

Na het diner wandel ik terug naar het hotel al malend over alle informatie die me aangereikt is. Met name ook over Gary’s vertrek bij Full Sail, waar ik morgen een toer krijg. Uiteindelijk ben ik blij dat mijn hoofd het kussen raakt. Veel om verder over na te denken! De volgende dag om 08.30 beginnen we de voorbereidingen in het huis van de schoonmoeder van Gary, die tegenover hem woont. Met een grijns van oor tot oor meldt Gary dat zij de komende dagen bij dochter Debbie woont, zodat wij ongestoord aan dit prachtige project kunnen werken. Gary overhandigt me de fax die hij gisteren aan Eckart heeft gezonden. Hij legt uit dat hij Eckart het CV heeft gegeven van David Schwartz, een kandidaat om CEO te worden. Tevens legt hij uit dat hij in een rol als ‘President’ verantwoording aflegt aan de CEO en hem rugdekking geeft. Ten slotte meende hij bij Eckart een zekere onzekerheid te hebben bespeurd inzake mijn persoon, maar dat hijzelf graag met mij aan de slag gaat. “Goed om te weten,” glimlach ik, “aan de slag dan maar”. Al snel vult de tafel in de woonkamer zich met tonnen cijfermateriaal en onderliggende documenten, waar we gretig doorheen gaan. We lopen tevens de door mij opgestelde actielijst af, waarbij ook het faalscenario een rol speelt, oftewel wat het gaat kosten wanneer we op enig moment de stop eruit trekken. Ook wil ik dezelfde dag nog een toertje doen bij Full Sail World Education, een privé college met zo’n 1.400 studenten, waar Gary onvrijwillig vertrokken is. Volgens hem wegens hun weigering om het door hem ontworpen traject, dat wij nu aan het bespreken zijn, actief te implementeren, waarna de agressieve wijze waarop hij aan bleef dringen hen te machtig werd. Gary weet dat zijn knalgele kever teveel opvalt in Winterpark en stelt voor om de onopvallende middenklasser van zijn schoonmoeder te gebruiken. Aldus ga ik op weg naar Full Sail voor mijn 15.00 afspraak met Angela.

Een prachtige school ontrolt zich aan mijn ogen. Ik bereid me voor op de rol van vader die zijn zoon, gek van muziek, daar wil laten studeren. ‘I spy’ gaat aan de slag.

Ja, ja, 1 april, ik ben benieuwd wie mij een poets tracht te bakken!