Wie schrijft………

Kan wel eens klapjes krijgen. Niet fysiek natuurlijk, hoewel dat ook niet meer zeker is, maar gelukkig veelal in het geschreven woord. Ik schrijf al vele tientallen jaren, geef hier en daar mijn mening en moet zeggen dat ik er in het algemeen goed afkom. Begin 1987 begon ik columns te schrijven voor het computer weekblad AG (de Automatisering Gids), waarbij ik puntige verhalen schreef over de toenmalige computerheersers. Laanens Luim werd een goed gelezen wekelijkse rubriek. Echter, toen ik mijn opvolger bij Multi Function Computers (MF) op de hak nam, reageerde diens zwager als volgt met een ingezonden stuk: ‘ik word zo down van die clown’. En daarnaast meende hij me uit te moeten schelden voor ‘multispouse’, terwijl ik net in het huwelijk was getreden met Astrid. Dat vond ik echt natrappen. M’n zoon Rick, die destijds bij MF werkte, werd ervoor aangezien de betreffende editie op het bureau gelegd te hebben van mijn opvolger. De tekening van broer Rob in mijn november 1988 uitgegeven boekje Geheel Exclusief Laanens Unieke Luimen (GELUL) gaf dat goed weer:

Achter Rick doemde de imposante gestalte van mijn opvolger op wiens idee over papa Laanens nabije toekomst boekdelen sprak. Overigens kwam het boekje tot stand nadat de hoofdredacteur van AG in mijn columns begon te schrappen om adverteerders te sparen. Daar blijf je dus met je poten vanaf! Vandaar ‘GELUL’. Waar het om gaat is dat wanneer mensen reageren je mag stellen dat het leeft. Dus toen ik een kleine twee jaar geleden van m’n voormalige ‘partner in crime’ bij Ex’pression College een vernietigend ‘you were nobody without me’ kreeg, vatte ik dat op als een compliment. De andere lezers zien dan dat de karakters die ik beschrijf leven. Dat hij me daarna ook nog een hele lelijke e-mail stuurde, was wat minder. Overigens stopte dat onmiddellijk nadat ik een e-mail van zijn hand retourneerde waarbij hij de pijp (meerdere malen) aan Maarten gaf. Wie wat bewaart….. Dat ik vorige week na mijn stuk over Singh en Dekker een ‘zure verliezer’ genoemd werd, deed me niet zoveel. Uiteindelijk strijden we om Singh nog een paar laatste comfortabele jaren te bezorgen, en dat doel heiligt de middelen. Het voorafgaande kwam eigenlijk tot stand omdat plotseling het woord ‘onvoorwaardelijk’ in m’n hoofd schoot terwijl ik afgelopen week dit plaatje schoot:

Elke dag, nadat ik in alle ‘vroegte’ nagegaan heb wat ik van waaruit in de wereld dan ook iets te beantwoorden heb, fris ik me tussen 10 en 11 op, waarna Tinley stipt om 11 uur bovenaan de trap staat. Dus ook dit keer, maar ik zag in de spiegel op mijn weg naar boven dat de snor enigszins over de bovenlip uitstak. Even fatsoeneren dus. Dat was dus het moment dat Tinley er niet over nadacht om weg te gaan, maar dat ze er geduldig bij ging liggen. Prachtig. Onvoorwaardelijke trouw, onvoorwaardelijke liefde. Alleen kritiek wanneer haar etensbak leeg is. Terecht dus. De zon is zowaar ook gaan schijnen, dus dat wordt een heerlijk weekend met vooruitzicht op nog meer versoepelingen. Geniet!